De tapijtkever: Een grijs, bruin, rood en zwart gevlekt kevertje wat voor kan komen in tuinen. Hij voedt zich met stuifmeel en nectar van bloemen en legt zijn eitjes in overblijfselen van dieren of nesten. In de tuin heeft u weinig last van die kleine diertje, maar u wilt niet dat het bij u in huis komt en zich nestelt in uw leren jas of wollen tapijt. Ze kunnen hier gaten in knagen en het is bovendien onhygiënisch. Met deze tips bestrijdt u dit ongedierte: Bij kleine aantallen van dit diertje in huis kunt u het gemakkelijk zelf bestrijden door het voorwerp waar de tapijtkever in zit te wassen op minimaal 60 graden. Ook kunt u het voorwerp in de felle zon zetten zodat het diertje uitdroogt of het vier dagen in de vriezer leggen zodat het diertje en de eitjes bevriezen. Bij grote aantallen zoals een plaag kunt u beter chemische middelen inzetten. Spuitbussen die de stoffen deltamethrin, cyfluhitrin of permehitrin bevatten zijn hiervoor geschikt. Voordat u met deze spuitbussen te werk gaat is het aan te raden eerst speelgoed en kleding uit de ruimte weg te halen. Spuit ook zeker goed in naden en kieren tussen planken en houtwerk. Voorkomen is beter dan genezen. Met mottenballen, cederhouten geurblokjes, kruidnagel, lavendel of andere sterk ruikende kruiden zullen de tapijtkevers niet snel uw huis binnentreden.